Integrale waterstofscholing in Noord-Nederland baant nieuwe wegen in onderwijs
Met de toekenning door SNN van € 5 miljoen subsidie voor een 3-jarig ontwikkelprogramma voor waterstofscholing in Noord-Nederland slaan de regionale onderwijsinstellingen de handen ineen. Het programma, onder de titel ‘H2 Train & Learn Hub’ (H2 is waterstof) is een niet eerder vertoonde integrale aanpak van thematisch onderwijs, onderzoek, training en (om)scholing op alle leerniveaus. Het moet gekwalificeerde mensen uit de regio –zowel studenten als professionals- voor de energie- en grondstoffentransitie beschikbaar krijgen voor de waterstof-economie die in Noord-Nederland wordt opgebouwd. De ‘H2 Train & Learn Hub’ is een samenwerking tussen Rijksuniversiteit Groningen, Hanzehogeschool Groningen, Alfa-college, Noorderpoort, Drenthe College, NHL Stenden en New Energy Coalition.
Een van de aanleidingen van het ontwikkelprogramma is het feit dat Groningen na 60 jaar niet langer één van Europa’s belangrijkste centra van aardgas is. Vanuit het besef dat er daardoor een maatschappelijk en economisch gat dreigt te vallen is er in de regio een sterke beweging ontstaan om zichzelf opnieuw uit te vinden met gebruikmaking van de opgebouwde kennis en infrastructuur uit het gassysteem. Het breed gedragen plan is om een hoofdrol te spelen in de energietransitie. Specifiek gaat het dan om de waardeketen van de nieuwe, groene gassen die een centrale rol gaan spelen in ons toekomstige energiesysteem en als groene grondstoffen in de nieuwe circulaire productieprocessen. De basisvariant hiervan, schone waterstof, staat daarbij centraal.
Lees het artikel verder onder de foto.
Voldoende geschoold personeel
De laatste jaren is er op het gebied van waterstof in de regio al veel gebeurd, zoveel dat de EU de regio officieel uitriep tot eerste Hydrogen Valley (waterstof-hub) van Europa. Niet alleen vanwege de grote schaal van de nieuwe initiatieven rond groene gassen, maar ook omdat die de hele waardeketen beslaan: productie, transport, opslag en toepassingen in de industrie, mobiliteit en gebouwde omgeving. Er is inmiddels een investeringsplan tot 2030 voor meer dan 50 projecten met een gezamenlijke financiële omvang van ca. € 10 miljard. Ook zijn er binnen de kennissector diverse initiatieven ontstaan om in onderwijs en onderzoek op het thema in te spelen.
De hele waterstofeconomie staat nog in de kinderschoenen. Echte doorbraken richting grootschalige investeringen en verdere uitrol via het mkb en startups worden de komende jaren verwacht, maar dat betekent wel dat het voorwerk nu moet worden verricht. Een cruciale component hiervan is om, in samenwerking met bedrijven, te zorgen voor voldoende geschoold personeel voor de nieuwe technologie en toepassingen. Dat proces kan nu dankzij de toekenning van SNN worden opgestart.
Loftrompet Noordelijke onderwijssamenwerkingen
Nog onlangs werd de loftrompet geblazen over de ‘Universiteit van het Noorden’ (kennis- en innovatienetwerk van vijf Noordelijke kennisinstellingen) en eerder ingezette samenwerking tussen Noord-Nederlandse onderwijsinstellingen van mbo, hbo en wo. ‘Minister Dijkgraaf van Onderwijs en Wetenschappen hoopt dat dit voorbeeld ‘uitwaaiert over heel Nederland’. Want door slimme koppen en handige handen samen te brengen komt nieuwe kennis sneller in de samenleving terecht,’ aldus Nederlands Dagblad op 2 oktober jl.
De doorlopende leerlijn die in het noorden al was opgestart op het thema waterstof, trekt dit zelfs breder door naar volwassenenonderwijs (bij- en omscholing voor instromers en post-initieel). Met het ‘H2 Train & Learn Hub’ programma positioneert de regio zich als de plaats waar de hele onderwijsketen op dit thema excellent is en vooroploopt ten opzichte van andere Europese regio’s.
Onderwijs-innovaties
Vernieuwend in het te ontwikkelen programma is het zgn. ‘challenged-based learning’ waarbij studenten van alle niveaus en uiteenlopende disciplines samen aan concrete bedrijfsopdrachten werken – onder deskundige begeleiding vanuit het onderwijs. Doordat studenten al tijdens hun opleiding in dit soort processen betrokken worden ervaren ze hoe het er in de praktijk van de energietransitie aan toegaat. Vernieuwing is er ook bij de betrokken docenten en onderzoekers: in de vorm van versterking van het practoraat (mbo), lectoraat (hbo) en de ontwikkeling van nieuwe samenwerkingsverbanden van practor-lector-professor, waarbinnen gezamenlijk onderzoek wordt gedaan.
De kennis en het innovatievermogen in zowel onderwijs als in de toepassing bij bedrijven in de regio komen daarmee op een hoger niveau te staan en ontwikkelen ook op dat gebied een voorbeeldpositie binnen de Hydrogen Valley Noord-Nederland.